Dit onderzoek, een vervolgmeting op de studie Huishoudens in rode cijfers uit 2009, heeft als hoofddoel de omvang van het aantal huishoudens met problematische schulden of een duidelijk risico daarop te schatten.

 

Samenvatting en conclusie

Dit onderzoek, een vervolgmeting op de studie Huishoudens in rode cijfers uit 2009, heeft als hoofddoel de omvang van het aantal huishoudens met problematische schulden of een duidelijk risico daarop te schatten. Daarnaast is gekeken naar de achtergrondkenmerken van schuldenaren en de oorzaken van het ontstaan van problematische schulden. Ook is aandacht geschonken aan de oplossingen die huishoudens zoeken, het gebruik van hulpverlening en de financiële zelfredzaamheid van huishoudens. Het onderzoek laat zien dat iets meer dan één op de zes Nederlandse huishoudens (17,2%) een risico loopt op problematische schulden, problematische schulden heeft of in een schuldhulpverleningstraject zit. Het grootste deel van deze huishoudens - tussen 719.000 en 961.000 huishoudens - loopt een risico op problematische schulden. Tussen de 373.000 en 531.000 huishoudens hebben problematische schulden. In vergelijking met het eerdere onderzoek is het aantal huishoudens met (een risico op) problematische schulden gestegen. Het onderzoek uit 2009 schatte het aantal risicohuishoudens op 788.000 tot 999.000. In 2012 komt de schatting uit op 1.125.000 tot 1.294.000.