Werkt de re-integratiemarkt?

De prestaties van re-integratiebedrijven (hun netto-effectiviteit) worden beïnvloed door de kosten van het traject, de contractvorm en de conjunctuur. Duurdere trajecten leiden over het algemeen tot betere resultaten dan goedkopere trajecten.

Onderzoeksdoel en vraagstelling

Om zicht te houden op de ontwikkelingen op de re-integratiemarkt, maakt het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid tweejaarlijks een inventarisatie van de stand van zaken op deze markt. Het voorliggende rapport maakt onderdeel uit van de inventarisatie in 2006 en onderzoekt de mate van marktwerking op de re-integratiemarkt. Aan de hand van vijf concrete vragen brengt dit rapport enerzijds de prestaties van de re-integratiemarkt in de periode 1999 - 2004 in beeld. De vragen zijn: Hoe presteert de re-integratiemarkt? Werkt het reputatiemechanisme op de markt voor re-integratiediensten? Waarom zijn sommige re-integratiebedrijven effectiever dan andere? Wat is de beste manier om re-integratietrajecten aan te besteden? Wanneer is een no cure no pay-contract de beste optie? Anderzijds geeft het rapport aanbevelingen om de markt (nog) beter te laten werken. Daarvoor zijn administratieve bestanden van UWV en gemeenten geanalyseerd, zijn interviews gehouden met re-integratiebedrijven en is op basis van de economische theorie beredeneerd wat de gevolgen kunnen zijn van een andere aanbestedingsprocedure.

Samenvatting en conclusie

De prestaties van re-integratiebedrijven (hun netto-effectiviteit) worden beïnvloed door de kosten van het traject, de contractvorm en de conjunctuur. Duurdere trajecten leiden over het algemeen tot betere resultaten dan goedkopere trajecten. Bedrijven met veel no cure no pay (NCNP)-contracten presteren beter dan bedrijven met no cure less pay (NCLP)-contracten. In een hoogconjunctuur hebben re-integratiebedrijven aanzienlijk meer moeite om de werkloosheidsduur te verkorten dan in een laagconjunctuur. Dit wordt wellicht veroorzaakt doordat het lock-in effect - het effect dat mensen die een traject volgen pas effectief gaan zoeken als het traject bijna is afgerond -een minder schadelijk effect in een laagconjunctuur dan in een hoogconjunctuur. - De effecten van re-integratie zijn over het algemeen klein. De kans dat uitkeringsgerechtigden een baan vinden is in absolute zin enkele procenten groter na het volgen van een re-integratietraject. Trajecten lijken voor bijstandsgerechtigden iets effectiever te zijn dan voor WW’ers en volledig arbeidsongeschikten. Overigens kunnen met relatief kleine effecten toch baten worden gerealiseerd, met name als er gedurende lange tijd besparingen op de uitkering kunnen worden gerealiseerd. - Het is niet zo dat bedrijven die de afgelopen jaren goed presteerden (in termen van nettoeffectiviteit) groeien ten koste van bedrijven die niet goed presteerden. Het reputatiemechanisme werkt dus nog niet op de markt voor re-integratiediensten. Prestaties in het verleden zijn overigens wel een goede voorspeller voor de toekomstige prestaties, iets wat twee jaar geleden nog niet het geval was. De voorwaarde voor een goede werking van het reputatiemechanisme is dus wel aanwezig. - Tegenvallende plaatsingsresultaten van re-integratiebedrijven kunnen mede worden veroorzaakt door de vormgeving van de aanbestedingsprocedure. Prijs is vaak een belangrijke factor. Bij een aanbesteding waarin prijs meeweegt, ontstaat er een race to the bottom: de prijs waartegen de contracten worden afgesloten wordt dan te laag. Re-integratiebedrijven hebben daardoor onvoldoende middelen om uitkeringsgerechtigden daadwerkelijk te plaatsen. Tegenover de lage kosten staan dan ook lage baten. In een beter mechanisme (veiling) bieden partijen op het plaatsingspercentage, gegeven een vaste prijs. - Het optimale financieringsmechanisme hangt vooral samen met het doel dat re-integratie nastreeft. Het is mogelijk dat re-integratie tot doel heeft om mensen voor wie het kosteneffectief is, dus mensen voor wie de maatschappelijke baten van re-integratie hoger zijn dan de kosten daarvan, naar de arbeidsmarkt te begeleiden. Dan is NCNP doorgaans de beste methodiek, vooral als bedrijven streven naar winstmaximalisatie. Het is ook mogelijk dat sociale inclusie het doel is. Re-integratie wordt dan ook ingezet voor mensen voor wie het niet kosteneffectief is. Bijvoorbeeld omdat het als niet rechtvaardig wordt ervaren dat mensen zich langdurig in een uitkeringssituatie moeten bevinden. Dan is een NCNP geen goed idee. Bron: Website Interluceo