Wsw en re-integratie gescheiden

Veel bedrijven die zijn belast met de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) voeren, naast hun reguliere Wsw-taken ook re-integratieactiviteiten uit voor niet tot de doelgroep van de Wsw behorende personen.

Onderzoeksdoel en vraagstelling

Aanleiding voor deze verkennende studie is een toezegging van de staatssecretaris aan de Tweede Kamer bij de behandeling van het wetsvoorstel nieuwe Wsw. Het wetsvoorstel gaat over de combinatie van wettelijke taken en taken die ws-bedrijven voor andere doelgroepen uitvoeren. Onder de voorwaarde dat een goede financiële scheiding tussen de activiteiten is geborgd wil de Staatssecretaris dit toestaan. De inspectie zal onderzoeken In hoeverre de financiële scheiding gewaarborgd is tussen de taken die Wsw-organisaties uitvoeren uit hoofde van de Wet sociale werkvoorziening en hun overige taken. Oplevering is voorzien in augustus 2006.

Samenvatting en conclusie

Veel bedrijven die zijn belast met de uitvoering van de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) voeren, naast hun reguliere Wsw-taken ook re-integratieactiviteiten uit voor niet tot de doelgroep van de Wsw behorende personen. Bij samenloop van deze activiteiten binnen één onderneming bestaat het risico van oneigenlijk gebruik van subsidiegelden. De inspectie heeft onderzocht of de sw-bedrijven hun financieringsstromen hebben gescheiden en of dat de wetgeving waarborgen biedt voor deze scheiding. Uit het onderzoek blijkt dat alle bedrijven een vorm van juridische en/of administratieve scheiding toepassen. Van de sw-bedrijven voert 80 %, naast de reguliere Wsw-taken, re-integratieactiviteiten uit voor personen die niet tot de doelgroep van de Wsw behoren. Wet- en regelgeving bieden sw-bedrijven veel vrijheid in hun economische handelen. Er blijft een beperkt risico van vermenging van financiële stromen bestaan. De Wet werk en bijstand (WWB) biedt gemeenten grote ruimte om een eigen beleid te ontwikkelen. Dit schept mogelijkheden voor maatgerichte activering naar werk. Een kenmerk van de populatie in de WWB is dat een groot aantal cliënten zeer ver van de arbeidsmarkt staat. De inspectie heeft bij een aantal gemeenten onderzocht op welke wijze zij beleid ten uitvoer brengen gericht op activering van cliënten. Geconcludeerd wordt dat de inzet van de gemeenten om bijstandsgerechtigden met een grote afstand tot de arbeidsmarkt weer geschikt te krijgen goed is. De resultaten zijn echter beperkt. Het overgrote deel van deze groep bijstandsgerechtigden heeft na afloop van een traject voor sociale activering nog steeds een slechte kans om werk te vinden. Wel scoort ongeveer de Bron: Bibliotheek SZW